zondag 26 april 2009

Designpolitie, 16-4-2009

Observatie: De wereld is wel heel letterlijk je studio als je tweeenhalf jaar lang dagelijks Gorilla maakt in de Volkskrant, zoals Richard van der Laken van de Designpolitie.

Spelen met letters, teksten en quotes in de openbare ruimte. Uitdaging.
Bestaande dingen gebruiken om iets nieuws te creëren. Verschillende lagen in het werk aanbrengen.

Mijn ervaring: Je maakt een kunstwerk niet alleen vanuit een idee. Het kunstwerk stuurt de kunstenaar evengoed. Het gaat nooit volgens een rechte lijn.

Je kunt nooit goed genoeg kijken, 9-4-2009

'Goede kunst rechtvaardigt zich altijd mede, doordat ze een spiegel is van haar tijd'. 'Kijken naar goede kunst geeft je het gevoel dat je intenser leeft. Het legt je een geconcentreerdere manier van kijken op. Je kunt nooit goed genoeg kijken. En je bent er ook niet alleen maar met kijken. Het wordt steeds leuker als je meer weet'. Een les in kijken van schrijver en kunstcriticus Hans den Hartog Jager

Een kunstwerk is een werkelijkheid die je als kunstenaar zelf opbouwt.
Welke werkelijkheid wil ik met mijn werk vertegenwoordigen?

'Op CalArts in Los Angeles willen mensen werk maken dat uitnodigt tot discussie, niet iets dat op dat moment goed verkoopt. Wij willen studenten die op gespannen voet staan met hun wereld, die een sprankje originaliteit bezitten', zegt Steven Lavine, directeur van CalArts LA, in 'Art, achter de schermen van de kunstwereld', van Sarah Thornton.

'De rode draad is dat je tegen bestaande codes ingaat', zegt Erik Kessels, directeur van reclamebureau Kessels-Kramer. 'Juist de frictie, een boodschap op een plek waar je hem niet verwacht, is doeltreffend'.

Kunstenaar Marc Mulders stelt deze week in het NRC: 'Ik ben vrij van moderne dogma's die dwingen om steeds maar origineel te zijn. Natuurlijk moet je vooruit kijken en veranderen: maar als het een dwang wordt vergeet je te zijn'.

To whom belongs poverty wordt veerkracht, 2-4-2009

Enjoy poverty, een persoonlijk statement van Renzo Martens maakt me fysiek misselijk en treurig. Vanwege de hopeloze situatie die deze anderhalf uur durende film toont. Het failliet van het VN systeem, de hulporganisaties en het westerse model. Confrontatie met mijn vorige leven, waar ik op stuk liep. Kan er 2 nachten niet van slapen.

Wereldwijd 12 miljoen vluchtelingen. Die last is te zwaar. Dat kan ik niet op m'n schouders dragen. Ik wil het personaliseren. Wil inzoomen op veerkracht.

Veerkracht is de mechanische kracht waarmee een vast lichaam zijn oorspronklijke positie tracht in te nemen na vervormd, ingedrukt of uitgetrokken te zijn.

Veerkracht is afhankelijk van de mate waarin je jezelf en je wereld kunt bevrijden van alle overbodige angsten. Dat wil zeggen angsten die niet essentieel zijn voor overleving. Denk aan angst om buitengesloten, afgewezen, geridiculiseerd te worden. Het vraagt om anders kijken naar veel gedragscodes en rituelen.
Ik ga een monument oprichten voor de veerkracht van vrouwelijke vluchtelingen.

Leven als kunstvorm, 26-3-2009

De kunstenaar die zelf het kunstwerk wordt:

Jeff Koons, Damien Hirst, Tracey Emin; zij exploiteren hun geconstrueerde persona. Persoonlijkheidscultus is realiteit.

Marlene Dumas en Pipilotti Rist bespiegelen kritisch de voor en nadelen van bekend zijn; 'Als je beroemd bent kijken mensen niet goed naar je werk, ze hebben bij voorbaat verwachtingen van je. Als je onbekend bent kijken ze helemaal niet.'

Sophie Calle en L.A. Raeven; zij leven hun kunst zelf. Ze hebben hun leven tot een soort kunstvorm verheven. 'I live happy events and I exploit unhappy ones. Firstly, out of artistic interest, but also in order to transform them, do something with tem, make the most of them - get my own back on the situation'. uit Sophie Calle, 'M'as tu vue', Prestel 2003

Is dit hyperconceptueel?
Participerend observeren en 3D-schrijven, dat wil ik ook.

vrijdag 24 april 2009

3D-plattegrond of doolhof, 12-3-2009




Door Gabriel Lester zie ik opeens het verschil tussen iets in de ruimte plaatsen en iets doen met de ruimte. Elke installatie van Lester is afhankelijk van de ruimte waarin het wordt getoond en komt tot stand in interactie met die ruimte. 'In combinatie met of soms zelfs los van het reservoir in mijn hoofd'.

Ik maak 20 papierbanieren van 1.70 cm lang. Aan de ene kant wit transparantpapier, aan de andere kant krantenknipsels. De witte zijde is ordening, de bedrukte chaos.
Het geheel hangt aan metaaldraadhangers, tussen rechtop staande tafels. Het is een subruimte in een grote ruimte, een leslokaal met zwarte vloer en wit plafond. Als een bewegende wand, in interactie met de ruimte. Bewegend op de luchtstromen.
Een 3D-plattegrond. Een doolhof waar je doorheen kunt lopen.

Van plattegrond naar Identity Map, 19-2-2009




Door Jan Rothuizen en zijn 'Last tourist in Caïro' raak ik gefascineerd door plattegronden.
Ik definieer het als: een gemodelleerde afbeelding van een ruimtelijk gebied of object op een plat vlak. De afbeelding van een werkelijkheid. Ik zie ze overal en teken plattegronden. In de lijnen in de huid van een gezicht. De plattegrond van mijn jeugd. De plattegrond van mijn hersenen. In een kluwen ijzerdraad. In gekreukeld papier. Ik schilder een angstplattegrond (foto 1.). Maak een Identity Map (foto 2'). Daarna een Monument map. Monumentum is 'dat wat herinnert', van het latijn monere, 'zich herinneren'.

Over welke werkelijkheid gaat het?
Jean Baudrillard, een Frans postmodern denker, stelt dat in onze cultuur de verhouding tussen teken en werkelijkheid is omgekeerd. Eerst is er de kaart en dan het land of grondgebied, dat een product is van de kaart. Baudrillard noemt deze modellen of kopieën waarvan geen originelen bestaan 'simulacra'.

woensdag 11 maart 2009

Monumenten, 12-2-2009 Erik Kessels


Een andere - ongebruikelijke - ordening haalt objecten of verzamelingen uit de geaccepteerde context en maakt ze anders en interessanter. Mijn conclusie naar aanleiding van het verhaal van Erik Kessels, directeur van reclamebureau Kessels-Kramer. Aan de hand van zijn fotoverzamelingen laat hij zien hoe hij beeld in een andere nieuwe context plaatst.

Vanzelf komt de week daarna een familieverzameling van 500 ansichtkaarten uit de periode 1915-1960 naar me toe. Op het eerste gezicht anonieme plaatjes in zwart-wit op vergeeld karton, uit een andere tijd.
Maar als je nog eens kijkt is er een verhaallijn van letters aan de ene, en een beeldverhaal van foto's aan de andere kant.
Aan de letterkant: Een familieverhaal van Belgische oorlogsvluchtelingen in 1914. Een verloving in de 20er jaren. Jong gestorven ouders, Crisistijd. Een huisbaas die reisjes naar Venetië en Zwitserland kan maken in 1937. Oorlogstijd. De oudste kaarten geschreven met potlood, later met inkt. Met oplopende postzegelwaardes.
Aan de beeldkant: Straatbeelden, vrouwen met lange rokken, mannen in kostuum met pet, steden, stations, (oorlogs)monumenten. Ook zoet ingekleurde vrouwenfoto's. Een serie wereldtentoonstelling 1910 in Brussel. Watersnood in Luik. Een seminarie in Limburg.
Ik probeer iets over een aantal van deze monumenten te achterhalen.
Een kaart met een levensgroot dynamisch beeld van een naakte man die een gespierde stier in bedwang houdt. In kleine letters staat er: 'Liège, Le taureau par Mignon'. Ik ontdek dat het hier gaat om de Belgische beeldhouwer Leon Mignon (1847-1898). Hij studeerde aan de Academie des Beaux Arts in Luik. Ging daarna naar Parijs, samen met beeldhouwer Paul de Vigne. Voor 'le dompteur de taureau' of 'li tore' kreeg hij de medaille d'or van de Salon de Paris. De naaktheid van de dompteur leverde in België veel discussie op. Toch werd dit beeld mascotte en symbool van kracht van de Luikse studenten en later van de stad Luik.
Een tweede kaart van een lange naald: 'Monument du fort de Loncin', blijkt van de l
Luikse beeldhouwer Georges Petit (1879-1958). Een eerbetoon aan de verdedigers van het in 1914 ontplofte fort Loncin.
Dan een standbeeld in Brussel van Gabriëlle Petit. Zij blijkt op 23jarige leeftijd door de Duitse bezetters gefusilleerde. Op de plaquette moet staan: '.... et je leur montrerai comment une femme Belge sait mourir.'
Mijn Belgische oma, vluchtelinge uit de Eerste Wereldoorlog, werd 105 jaar. Zij wist te leven ... Ik ga een monument maken voor de veerkracht van vrouwelijke vluchtelingen.