woensdag 11 maart 2009

Monumenten, 12-2-2009 Erik Kessels


Een andere - ongebruikelijke - ordening haalt objecten of verzamelingen uit de geaccepteerde context en maakt ze anders en interessanter. Mijn conclusie naar aanleiding van het verhaal van Erik Kessels, directeur van reclamebureau Kessels-Kramer. Aan de hand van zijn fotoverzamelingen laat hij zien hoe hij beeld in een andere nieuwe context plaatst.

Vanzelf komt de week daarna een familieverzameling van 500 ansichtkaarten uit de periode 1915-1960 naar me toe. Op het eerste gezicht anonieme plaatjes in zwart-wit op vergeeld karton, uit een andere tijd.
Maar als je nog eens kijkt is er een verhaallijn van letters aan de ene, en een beeldverhaal van foto's aan de andere kant.
Aan de letterkant: Een familieverhaal van Belgische oorlogsvluchtelingen in 1914. Een verloving in de 20er jaren. Jong gestorven ouders, Crisistijd. Een huisbaas die reisjes naar Venetië en Zwitserland kan maken in 1937. Oorlogstijd. De oudste kaarten geschreven met potlood, later met inkt. Met oplopende postzegelwaardes.
Aan de beeldkant: Straatbeelden, vrouwen met lange rokken, mannen in kostuum met pet, steden, stations, (oorlogs)monumenten. Ook zoet ingekleurde vrouwenfoto's. Een serie wereldtentoonstelling 1910 in Brussel. Watersnood in Luik. Een seminarie in Limburg.
Ik probeer iets over een aantal van deze monumenten te achterhalen.
Een kaart met een levensgroot dynamisch beeld van een naakte man die een gespierde stier in bedwang houdt. In kleine letters staat er: 'Liège, Le taureau par Mignon'. Ik ontdek dat het hier gaat om de Belgische beeldhouwer Leon Mignon (1847-1898). Hij studeerde aan de Academie des Beaux Arts in Luik. Ging daarna naar Parijs, samen met beeldhouwer Paul de Vigne. Voor 'le dompteur de taureau' of 'li tore' kreeg hij de medaille d'or van de Salon de Paris. De naaktheid van de dompteur leverde in België veel discussie op. Toch werd dit beeld mascotte en symbool van kracht van de Luikse studenten en later van de stad Luik.
Een tweede kaart van een lange naald: 'Monument du fort de Loncin', blijkt van de l
Luikse beeldhouwer Georges Petit (1879-1958). Een eerbetoon aan de verdedigers van het in 1914 ontplofte fort Loncin.
Dan een standbeeld in Brussel van Gabriëlle Petit. Zij blijkt op 23jarige leeftijd door de Duitse bezetters gefusilleerde. Op de plaquette moet staan: '.... et je leur montrerai comment une femme Belge sait mourir.'
Mijn Belgische oma, vluchtelinge uit de Eerste Wereldoorlog, werd 105 jaar. Zij wist te leven ... Ik ga een monument maken voor de veerkracht van vrouwelijke vluchtelingen.